VOOR HET AFDICHTEN

Wijn wordt al eeuwenlang afgesloten met kurk. Maar waarom eigenlijk? In deze blog gaan we in op de geschiedenis van kurk, hoe het wordt gebruikt in de wijnindustrie en waarom het nog steeds zo populair is.

Kurk is afkomstig van de schors van de kurkeik, die voornamelijk groeit in de Middellandse Zee regio. Het gebruik van kurk als afsluitmiddel voor wijn dateert uit de oudheid, toen het werd gebruikt om vloeistoffen af te sluiten en te bewaren.

In de wijnindustrie wordt kurk voornamelijk gebruikt om de flessenhals van de wijnfles af te sluiten. Dit wordt gedaan om de wijn te beschermen tegen oxidatie en om te voorkomen dat er lucht en andere verontreinigingen in de fles terechtkomen. Kurk heeft ook een elastisch en luchtdicht karakter, waardoor het de perfecte afsluiting is voor een fles wijn.

Een andere reden waarom kurk zo populair is, is omdat het een natuurlijk materiaal is. Het wordt gewonnen uit de schors van de kurkeik, wat betekent dat het een duurzaam product is. Bovendien is het biologisch afbreekbaar, waardoor het minder impact heeft op het milieu dan bijvoorbeeld plastic afsluitingen.

Hoewel er tegenwoordig andere materialen worden gebruikt om wijnflessen af te sluiten, zoals schroefdoppen en synthetische kurk, blijft de traditionele kurkafsluiting populair. Dit komt omdat kurk nog steeds wordt beschouwd als de beste manier om wijn te bewaren en te laten rijpen.

Kurk heeft dus een lange geschiedenis in de wijnindustrie en wordt nog steeds veel gebruikt vanwege zijn natuurlijke, elastische en luchtdichte eigenschappen. Het is een belangrijk onderdeel van de wijnfles, omdat het de wijn beschermt tegen oxidatie en verontreinigingen, en het helpt om de wijn te laten rijpen en ontwikkelen. Kurk is dan ook niet zomaar een afsluitmiddel, maar eerder een essentieel onderdeel van het wijnmaakproces.

BLIJF OP DE HOOGTE

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Je ontvangt van ons het laatste nieuws, nieuwe wijnen en kortingsacties in je mail